CDA:

Het college is bevoegd een vergunning voor een bestemmingplan- wijziging af te geven.  Zo’n besluit wordt ambtelijk voorbereid. Ook is het mogelijk dat een ambtenaar door het college gemandateerd is om zo’n afwijkingsbesluit zelf maar namens ’t college te nemen. Bij het Deltaplein is dit niet goed gegaan. Wij willen daarom dat dergelijke (mandaat)besluiten dubbel gecontroleerd worden, het zogenaamde vier- ogen-principe. Ambtenaren werken zo niet alleen of in een vacuum maar worden dubbel gecontroleerd. Dit voorkomt tunnelvisie. Het is van belang dat dit principe in Voorschoten goed wordt toegepast zodat er geen fouten meer worden gemaakt.

D66:

D66 hecht veel belang aan het mandaat van het bestemmingsplan. Hierin is met een transparant en eerlijk proces beoordeeld hoe we onze gemeente inrichten. D66 vindt het belangrijk dat inwoners en ondernemers beter betrokken worden bij besluitvorming. Dat betekent ook dat ze beter geïnformeerd moeten worden. Als met goede reden van het bestemmingsplan wordt afgeweken, moeten belanghebbenden de kans krijgen hun mening te geven, zodat een eerlijk en afgewogen besluit genomen kan worden. Een situatie als op het Deltaplein, waar een vergunning is afgegeven tegen het bestemmingsplan in, moet altijd voorkomen worden.

GROENLINKS:

Bestemmingsplannen zijn leidend. Dat zijn afspraken met burgers en ondernemers, waarop men moet kunnen vertrouwen. Mocht iemand daarvan af willen wijken, dan moet daar een hele goede reden voor zijn die met het algemeen belang te verenigen is. Men kan dan een beroep doen op de ontheffingsmogelijkheid.

ONS VOORSCHOTEN:

Vergunning moeten passen binnen het geldende bestemmingsplan. Maar een vergunning kan ook een beperkte afwijking van een bestemmingsplan inhouden. Het verstrekken van vergunningen of ontheffingen op het bestemmingsplan is aan regels gebonden, waarbij de belangen van alle betrokkenen worden afgewogen. Zie ook vraag 3.

PVDA:

De gemeenteraad stelt een bestemmingsplan vast, het college behoort binnen de kaders van dit plan te besluiten over omgevingsvergunningen. Dat wil de PvdA zo houden. De raad is immers geen uitvoerend orgaan. 

Als er een tendens ontstaat dat steeds meer omgevingsvergunningen in strijd met bestemmingsplannen worden afgegeven, dan zal de raad moeten ingrijpen. De PvdA zal daar zeker op letten.

Wanneer er gebouwd wordt in strijd met een vergunning kan bij de gemeente een verzoek tot handhaving worden ingediend en de gemeente moet dan optreden.

In beide gevallen bestaan er bezwaar-  en beroepsprocedures en daarna kan de ombudsman worden ingeschakeld.

Kortom, de formele regels kloppen, maar soms zijn er helaas politieke motieven om de regels gedurende het proces de veranderen zoals bij het paviljoen op het Deltaplein. De PvdA vindt dit onwenselijk..

SP:

Een bestemmingsplan is een hele zware procedure. Dat is niet voor niets zo. Het is bedoeld om mensen inspraak te geven over de inrichting van hun omgeving. Dit is de afgelopen jaren een paar keer mis gegaan in Voorschoten. Niet alleen in de genoemde voorbeelden, maar ook in de Dobbewijk en de Professor van der Waalslaan. Een bestemmingsplan moet alleen kunnen wijzigen na grondig overleg met de omwonenden. Een mandaatprocedure hoort daar niet bij.

VVD:

Het bestemmingsplan is leidend, en daar mag wat de VVD ook op gehandhaafd worden. Als iemand wil afwijken van het bestemmingsplan dan moet daar een heldere procedure voor gevolgd worden waarbij iedere betrokkene gehoord kan worden en zo een juiste afweging gemaakt wordt of en zo ja hoe er afgeweken wordt van het bestemmingsplan specifiek voor een bepaalde situatie zonder precedenten te wekken. In bijzondere gevallen zal het college het voornemen van een verklaring van geen bedenkingen de gemeenteraad laten passeren.

Back To Top