Archeologisch onderzoek op het tracé van de Rijnlandroute. Ook oorlogsmateriaal kwam naar boven. Foto: provincie Zuid-Holland
Voorschoten / Wassenaar – Dinsdag jl. werd een op het tracé van de Rijnlandroute aangetroffen brandbom uit de Tweede Wereldoorlog op het strand tussen Wassenaar en Katwijk onschadelijk gemaakt.
 Enkele maanden geleden begon parallel aan een onderzoek naar archeologische sporen, die inderdaad werden aangetroffen nabij de Leidse wijk Stevenshof, ook een onderzoek naar niet-ontplofte munitie uit de Tweede Wereldoorlog.
 
Voorafgaande aan de fysieke speurtocht naar explosief materiaal liet de provincie Zuid-Holland jaren geleden al een historisch vooronderzoek verrichten naar wat werd genoemd “de aanwezigheid van conventionele explosieven ten behoeve van het project Rijnlandroute”.
 
De nieuwe wegverbinding tussen de A4, A44 en Katwijk loopt immers dwars door een gebied waar tijdens de Tweede Wereldoorlog een groot aantal oorlogshandelingen hebben plaatsgevonden. De Slag om het zwaar gebombardeerde vliegveld Valkenburg, de felle strijd die werd gevoerd om de strategisch belangrijke Haagsche Schouw, maar ook een bombardement met brandbommen op de tegenwoordige A44, vlakbij de plek waar straks de Rijnlandroute gaat aansluiten op deze snelweg.
 
Wellicht niet geheel toevallig werd de brandbom die dinsdag op het strand tot ontploffing werd gebracht, de eerste explosieve Rijnlandroutevondst ook nabij de A44 aangetroffen.
 
Tijdens het vooronderzoek werden per gemeente waar de Rijnlandroute straks door gaat lopen archieven gelicht, literatuuronderzoek verricht en talloze processen verbaal bestudeerd. Luchtfoto’s werden onder de loep genomen. Publicaties van onder andere Joop Peeters, L. van der Bijl en R.J. Braggaar ontgingen de onderzoekers niet.
 
Voorschoten was, zo beschrijven de onderzoekers ”strategisch gelegen en kreeg veel te maken met bombardementen en beschietingen op (water)wegen, bruggen en spoorlijn”. Daarbij moet worden aangetekend dat het grondgebied tot ver na de oorlog tot aan de Oude Rijn en Valkenburg grensde.
 
Concrete “oorlogsgebeurtenissen” die ten behoeve van de Rijnlandroute al snel op de radar verschenen waren het bombardement bij de Hofweg (14 mei 1940), de Duiters zagen de Zilverfabriek aan voor een munitiefabriek, de bommen die gericht waren op De Vink en uiteraard de gevechten bij De Haagsche Schouw. Het onder water zetten van een aantal polders maakten bomkraters zichtbaar.
 
De onderzoekers beschrijven niet alleen chronologisch een groot aantal bombardementen en beschietingen die in Voorschoten ook ver van het Rijnlandroutetracé af plaatsvonden (tot en met in Duivenvoorde en Ter Horst aan toe), maar gaan ook in op hetgeen er nadien al aan oorlogstuig in Voorschotense grond werd aangetroffen. Dat leest toch een beetje als een wel heel feitelijk geschreven oorlogsboek.
 
Uiteindelijk wordt er een risico-analyse gemaakt waarin de omgeving van de Hofweg op basis van het eerste onderzoek komt bovendrijven als een “verdacht gebied”. Diezelfde status verwierf overigens ook het nog net in Wassenaar gelegen gebied bij de A44 waar de daadwerkelijk aangetroffen brandbom werd aangetroffen. Niemand wist exact waar en wat men zou aantreffen. Vast stond in elk geval dat op 23 februari 1943 aan weerszijden van de huidige A44 brandbommen waren afgeworpen.
 
Ondanks het vele “roeren in de grond” dat de afgelopen decennia in en om Voorschoten heeft plaatsgevonden om gebouwen, wegen en andere zaken te realiseren, zouden er zomaar meer verrassingen kunnen opduiken
 
Tekst: Jos Knijnenburg
Back To Top